Apotheek W.F. van Heemskerck Duker

Kerkbrink 18 1211BX Hilversum Tel:035-6214141 Fax:035-6237362

Medische Encyclopedie

Inhoud

bumetanide

Bumetanide behoort tot de lisdiuretica (lis-plasmiddelen). Het voert overtollig vocht snel af en verlaagt de bloeddruk.

Artsen schrijven het voor bij hartfalen, oedeem en nierziekten.

Wat doet bumetanide en waarbij gebruik ik het?

Hartfalen

Verschijnselen
Bij hartfalen (decompensatio cordis) is de pompkracht van het hart verzwakt. Het bloed wordt niet meer goed rondgepompt. U bent daardoor sneller moe en u kunt last krijgen van vocht in de benen of achter de longen. U bent dan ook sneller benauwd.

Oorzaak
Hartfalen kan ontstaan door een langdurig bestaande hoge bloeddruk, slecht werkende hartkleppen, vernauwing van de bloedvaten die het hart van bloed voorzien (kransslagaders), stoornissen in het hartritme of een hartinfarct.

Werking
Door dit medicijn scheiden de nieren meer zout uit. Het zout trekt het vocht mee. Hierdoor wordt het overtollige vocht afgevoerd via de urine. Er blijft minder vocht achter in de bloedvaten. Daardoor hoeft het hart minder hard te werken. De pompkracht van het hart neemt daardoor toe.

Ook door een zoutarm dieet te volgen kunt u de hoeveelheid vocht in uw bloed laten dalen. Uw huisarts of diëtist kan u hierover adviseren.

Behandeling
Behalve het wegnemen van de oorzaak, zoals het behandelen van de hoge bloeddruk of het vervangen van een slechte hartklep, spelen medicijnen een belangrijke rol bij hartfalen. De belangrijkste medicijnen zijn plastabletten en ACE-remmers of angiotensine-II-blokkers.

Artsen schrijven de ‘lis-plasmiddelen’ voor in acute situaties als u veel vocht moet kwijtraken. Ook bij chronisch hartfalen schrijft men het voor, als minder sterke plasmiddelen, zoals de ‘thiazide’-plasmiddelen niet voldoende werken of niet gebruikt kunnen worden. Bij mensen met hartfalen, die met dit medicijn de pompkracht van hun hart hebben verbeterd, is de kans om aan een hartziekte te overlijden kleiner.

Effect
Het vochtafdrijvend effect begint na een half uur en kan vier tot zes uur aanhouden. U merkt dat doordat u vaker moet plassen. Binnen enkele dagen merkt u dat u minder last heeft van dikke enkels en benauwdheid.

Lees meer over hartfalen . “

Oedeem

Verschijnselen
Het lichaam kan vocht vasthouden bij een verminderde pompkracht van het hart (hartfalen), een verminderde nierwerking of levercirrose (een chronische leverziekte).

Het vocht kan zich ophopen op plaatsen waar het normaal niet of nauwelijks aanwezig is. Dit heet oedeem. Dit merkt u het eerst aan dikke enkels en voeten. Ook kan er vocht rond de longen blijven staan. U merkt dan dat u benauwd bent en sneller moe wordt.

Werking
Door dit medicijn scheiden de nieren meer zout uit. Het zout trekt het vocht mee.Hierdoor wordt het overtollige vocht afgevoerd via de urine. U merkt dit doordat u vaker moet plassen. Hierdoor slinkt het oedeem en dikke enkels en voeten verdwijnen. Ook de benauwdheid neemt af.

Ook door een zoutarm dieet te volgen kunt u de hoeveelheid vocht in uw bloed laten dalen. Uw huisarts of diëtist kan u hierover adviseren.

Effect
Het vochtafdrijvende effect begint na een half uur en kan vier tot zes uur aanhouden. U merkt dat doordat u vaker moet plassen. Binnen enkele dagen merkt u dat u minder last heeft van dikke enkels en benauwdheid.

Lees meer over oedeem . “

Nierziekten

Uw nieren filteren de afvalstoffen uit het bloed. Deze verlaten uw lichaam met de urine. Als uw nieren niet goed werken, hopen afvalstoffen zich op in het bloed.

Ook kunnen de nierfilters eiwitten doorlaten die normaal gesproken in het lichaam moeten blijven.

Verschijnselen
U kunt last krijgen van vochtophoping (oedeem), donkere en schuimende urine, spierkramp, jeuk, vermoeidheid en een droge huid.

Behandeling
Afhankelijk van de oorzaak van de nierziekte kan de arts verschillende soorten medicijnen voorschrijven. Om de klachten van oedeem te bestrijden, kan de arts bumetanide voorschrijven. Hoe bumetanide werkt bij oedeem, kunt u hierboven lezen bij Oedeem.

Lees meer over nierziekten . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Hoofdpijn, de eerste dagen van de behandeling

    Dit komt doordat u veel vocht in een keer verliest. Dit gaat over als uw lichaam zich hierop heeft ingesteld. Heeft u veel last van deze klachten? Overleg dan met uw arts. Mogelijk kan de dosering lager.

  • Problemen met plassen. Als u een vergrote prostaat heeft, kunt u meer klachten krijgen.

    Doordat dit medicijn voor een snelle ontwatering zorgt, kan de blaas in één keer erg vol worden. Als u moeilijk kunt plassen, raakt u dit vocht niet snel kwijt. Neem contact op met uw arts, als uw prostaatklachten verergeren.

  • Tekort aan kalium, een bepaalde stof in het bloed. U merkt dit het eerst aan spierzwakte, spierkramp of spierpijn meestal het eerst in de bovenbenen en armen, ernstige vermoeidheid, hartkloppingen, heftige buikklachten. Mensen met hartfalen, levercirrose, de nierziekte het nefrotisch syndroom, bij diarree of braken of mensen die veel laxeermiddelen gebruiken, hebben hier meer kans op. Uw arts zal daarom regelmatig de hoeveelheid kalium in uw bloed controleren.

    Als u last heeft van deze klachten, ga dan naar uw arts. Dit kaliumtekort kan ook pas ontstaan als u dit medicijn al meerdere weken tot maanden gebruikt. Uw arts controleert uw kalium meestal na enkele weken. Mocht u een tekort aan kalium in het bloed krijgen, dan kan uw arts u een ander medicijn erbij voorschrijven dat het kaliumtekort opheft. Als u diarree heeft of veel moet braken, neem dan contact op met uw arts.

  • Duizeligheid en een draaierig gevoel

    De eerste dagen ontstaat duizeligheid, vooral bij het opstaan uit bed of uit een stoel. Een enkele keer kunt u zelfs flauwvallen. Dit gaat meestal over als uw lichaam zich heeft ingesteld op de lagere bloeddruk (binnen enkele dagen tot weken). Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt het best dan even liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen.

    Heeft u de ziekte van Parkinson? Dan kunt u sneller last krijgen van deze bijwerking. Neem contact op met uw arts als u dit merkt. Mogelijk kunt u overstappen op een ander medicijn.

  • Tekort aan natrium, een bepaalde stof in het bloed. U merkt dit het eerst aan plotselinge hevige vermoeidheid, sufheid en een verminderde eetlust. Vrouwen en oudere mensen hebben hier meer kans op. Ook bij diarree of braken is de kans op een tekort aan natrium groter.

    Als u last heeft van deze klachten, ga dan naar uw arts. Meestal ontstaat dit natriumtekort tijdens de eerste weken van het gebruik. Uw arts zal daarom vaak in het begin de hoeveelheid natrium in uw bloed controleren. Als u diarree heeft of veel moet braken, neem dan contact op met uw arts.

  • Maagdarmklachten, zoals buikpijn en misselijkheid. Zeer zelden braken, verstopping of diarree.

    Meestal helpt het als u het medicijn met wat voedsel inneemt. Blijft u er ook na enige dagen last van houden? Neem dan contact op met uw arts.

    Diarree, overgeven of koorts kan voor uitdroging zorgen. Dit leidt vooral bij ouderen boven de 70 jaar en bij mensen met hartfalen of minder goed werkende nieren tot erge bijwerkingen. Daarom kan de arts bij deze groep mensen de dosering tijdelijk aanpassen. Valt u onder deze groep? En heeft u meerdere keren per dag last van overgeven of diarree, of heeft u langer dan 2 dagen koorts? Neem dan contact op met uw arts.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Als u aanleg voor jicht heeft, kunt u eerder last krijgen van een jichtaanval.

    Dit komt omdat deze plastabletten het urinezuurgehalte in het bloed laten stijgen. Hierdoor ontstaan urinezuurkristallen in gewrichten, wat jicht tot gevolg heeft. Neem contact op met uw arts als u meer klachten krijgt.

  • Als u diabetes mellitus heeft: uw bloedglucose kan door dit medicijn te hoog worden. Controleer daarom vaker uw bloedglucose.

  • Ontsteking van de lever en bloedafwijkingen. Waarschuw uw arts bij een of meer van de volgende verschijnselen: plotselinge hevige pijn in bovenbuik, gele verkleuring van de huid of het oogwit (geelzucht), onverklaarbare blauwe plekken, extreme vermoeidheid of keelpijn met koorts en blaren in de keel.

  • Droge mond en dorstgevoel. Mensen met het syndroom van Sjögren (aandoening waarbij slijmvliezen van ogen en mond droger zijn dan normaal) kunnen meer klachten krijgen. Neem dan contact op met uw arts. Verder kunnen ouderen uitdrogen, als zij te weinig drinken. U merkt dit aan behalve dorst aan diepliggende ogen, een droge huid en verwardheid. U voorkomt dit door voldoende te blijven drinken.

  • Gehoorstoornissen

    Neem bij deze verschijnselen onmiddellijk contact op met een arts

  • Dit middel kan uw huid gevoeliger maken voor zonlicht (of UV-licht, zoals zonnebank). Als u in de zon komt, kunt u huiduitslag, jeuk of ernstige zonnebrand krijgen.

    Blijf uit de zon, vooral tussen 10.00 en 15.00 uur, en bescherm uw huid (kleding, hoed). Smeer een zonnebrandmiddel van minimaal factor 15. Ga niet onder de zonnebank. Waarschuw uw arts, als u een ernstige reactie op de zon krijgt. Misschien moet u overstappen op een ander medicijn.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag, jeuk en galbulten.

    Raadpleeg bij deze verschijnselen uw arts. Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor bumetanide. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het medicijn niet opnieuw krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik bumetanide gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Hart- en vaatmiddelen van de groep ACE-remmers en de groep Angiotensine II blokkers. Bumetanide versterkt de werking van deze medicijnen. Dit geldt alleen als u al bumetanide gebruikt en u daar nu een ACE-remmer of angiotensine-II-blokker bij krijgt. Vooral in het begin van de behandeling kunt u last krijgen van ernstige duizeligheid. U kunt hier iets tegen doen door het medicijn in te nemen voor het naar bed gaan. Als u ligt voelt u de duizeligheid minder. Soms raadt de arts aan om de plastabletten twee of drie dagen te laten staan voordat u met een ACE-remmer begint. U heeft dan minder last van duizeligheid. Na twee of drie dagen gebruik van de ACE-remmer kunt u dan zonder problemen de plastablet weer gebruiken, als dat nodig is. Ook kan uw arts u aanraden de eerste dagen met een lage dosis ACE-remmer te beginnen en die na een paar dagen te verhogen.
  • Pijnstillers van het NSAID-type, zoals ibuprofen, naproxen of diclofenac. Deze pijnstillers kunnen het effect van bumetanide verminderen. Gebruik deze pijnstillers daarom alleen als uw arts u dit heeft geadviseerd of het heeft voorgeschreven. Merkt u bij gebruik van deze pijnstillers samen met bumetanide dat uw enkels of voeten dikker worden, of bent u weer sneller kortademig? Neem dan contact op met uw arts.
  • Lithium, een medicijn tegen manische depressiviteit. Plastabletten kunnen de bijwerkingen van lithium versterken, zoals maagdarmklachten, trillen, spierzwakte, spiertrekkingen, duizeligheid, slaperigheid, sufheid, verwardheid, verminderde concentratie, moeite met lopen en spreken en epileptische aanvallen. Waarschuw meteen uw arts als u last krijgt van één van deze bijwerkingen. Uw arts moet het lithiumgehalte in het bloed regelmatig laten meten en de dosering eventueel aanpassen.
  • Acetazolamide (medicijn bij glaucoom en oedeem). Dit medicijn geeft samen met bumetanide een grotere kans op kaliumtekort. Uw arts kan uit voorzorg een medicijn voorschrijven dat het kaliumverlies tegengaat (amiloride of triamtereen) of dat het kaliumtekort aanvult (kaliumchloride).
  • Andere bloeddrukverlagende medicijnen. De bloeddruk kan te laag worden als u bumetanide samen met andere bloeddrukverlagers erbij gaat gebruiken. Uw arts moet hiermee rekening houden bij het bepalen van de dosering, zodat de bloeddruk niet te laag wordt.
  • Medicijnen tegen epilepsie: carbamazepine en oxcarbazepine. Als u een van deze medicijnen samen met bumetanide gebruikt, heeft u de eerste weken een verhoogde kans op een tekort aan natrium in het bloed. U merkt dat soms aan plotselinge hevige vermoeidheid, sufheid, slecht aanspreekbaar zijn, verminderde eetlust, braken en diarree. Waarschuw dan meteen uw arts.
  • Cisplatine, een medicijn tegen kanker. De combinatie met bumetanide kan schadelijk zijn voor de nieren. Overleg hierover met uw arts.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
De eerste dagen dat u bumetanide gebruikt, kunt u wat duizelig zijn. Dit komt doordat uw lichaam zich nog moet instellen op de lagere bloeddruk. Rijd geen auto als u duizelig bent. Na enkele dagen is dat meestal weer over en is autorijden geen probleem.

alcohol drinken?
Alcohol kan de duizeligheid in het begin van de behandeling versterken. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. Als u dit medicijn gebruikt voor oedeem of hartfalen: overmatig alcoholgebruik kan klachten als benauwdheid en vocht vasthouden verergeren. In het algemeen is enkele keren per week een glas wijn geen probleem.

alles eten?
U mag alles eten. Om kaliumtekort te voorkomen, kunt u erop letten voldoende kaliumrijk voedsel te gebruiken. Kalium zit onder andere in citrusfruit.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in elk geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. U zult (tijdelijk) moeten overstappen op een ander veilig medicijn.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u borstvoeding geeft. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is. Wel is bekend dat de hoeveelheid moedermelk door dit medicijn kan afnemen. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander medicijn voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Of u kunt kunstvoeding geven.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Wanneer?
U kunt het medicijn het best in de ochtend bij het ontbijt innemen. U heeft dan het minst last van het feit dat u meer en vaker moet plassen.

Als u het medicijn 2, 3 of 4 keer per dag moet innemen: verdeel het gebruik zo goed mogelijk over de dag. Bijvoorbeeld, als u bumetanide 3 keer per dag moet innemen: om 8.00 uur, 13.00 uur en 18.00 uur. Liever niet later dan 18.00 uur innemen, anders heeft u kans dat u in de nacht extra moet plassen.

Hoe lang?

  • Hartfalen. Een behandeling voor hartfalen is meestal langdurig.
  • Vocht vasthouden (oedeem). Hoe lang u dit medicijn moet gebruiken, hangt af van de oorzaak van het oedeem. Als u een verminderde nierwerking of levercirrose heeft, moet u het waarschijnlijk langdurig gebruiken.
Terug naar overzicht